Misschien ken je het wel: je hebt relatief dure groenten gekocht en je een paar uur uitgesloofd in de keuken om uiteindelijk een gerecht op tafel te zetten waar helemaal niet zoveel smaak aan zit. Zonde! Een goede maaltijd begint bij goede ingrediënten. Een goed uitgangspunt hierbij is om met groenten uit het seizoen te werken. Het liefst van dichtbij huis, of anders uit Europa.
Seizoensgroenten zijn niet alleen veel lekkerder en veel minder belastend voor het milieu, ze zijn ook nog eens goed voor je portemonnee. Omdat er minder kosten gemaakt hoeven te worden voor productie en vervoer, zijn groenten uit het seizoen meestal goedkoper. Door met groenten uit het seizoen te koken wordt het makkelijker om gevarieerder te eten.
Met de herfst in aantocht worden de schappen in de winkel steeds meer gevuld met groenten die typisch zijn voor het najaar. Als ik opnoem dat ik van de herfst houd krijg ik vaak wat boze blikken, maar ik vind de gerechten die bij guur weer passen gewoon echt heel erg lekker. Ik word er oprecht blij van als ik weer groene kool in de winkel zie liggen.
Ik werk het liefst met groenten die in Nederland geteeld zijn. Daarbij is het wel goed om er rekening mee te houden dat groenten die in verwarmde kassen worden geteeld niet per se duurzamer zijn dan groenten die uit warmere Europese landen geïmporteerd worden.
September is qua groenten een overgangsmaand: terwijl er nog genoeg zomerse groenten zoals sperziebonen en tomaten van Nederlandse bodem te koop zijn, worden ze in september vergezeld door verschillende soorten kool, knolselderij en pompoen.
Wat er daadwerkelijk verkrijgbaar is is afhankelijk van het weer. Zo kan het zijn dat groenten eerder of juist later geoogst worden.